Statuten
Het Bestuur van de Stichting Hoogewerff-Fonds heeft op 20 april 2007 met algemene stemmen besloten tot een statutenwijziging. Deze statutenwijziging is op 14 mei 2007 verleden voor mr. M.H.F.O. Haanappel, waarnemer van mr. M.W. van der Zanden, notaris te Eindhoven. De nieuwe statuten van het Hoogewerff-Fonds zijn hieronder weergegeven.
NAAM EN ZETEL
Artikel 1
1. De stichting draagt de naam:
Stichting Hoogewerff-Fonds.
2. Zij is gevestigd te Delft.
3. De stichting is opgericht door wijlen de heer Professor Dr. Sebastiaan Hoogewerff, in leven hoogleraar aan de Technische Hogeschool te Delft, door afzondering van het hem ter gelegenheid van zijn huldiging bij zijn zeventigste verjaardag op negen en twintig augustus negentienhonderd zeventien ter beschikking gestelde bedrag van eenhonderdtwaalfduizend gulden.
DOEL
Artikel 2
1. De stichting heeft ten doel het stimuleren en belonen van excellentie op de volgende terreinen:
- wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de chemische technologie in de meest brede zin van het woord;
- wetenschappelijk en technisch onderwijs op dit gebied;
- activiteiten op dit gebied gericht op kennisvalorisatie, industriële innovatie, en/of de start van nieuwe bedrijven;
- activiteiten gericht op het ontwikkelen, stimuleren en versterken van de positie van dit gebied in de samenleving.
2. Het in lid 1 onder a en b genoemde onderzoek en onderwijs, en de onder c en d genoemde activiteiten worden geacht te zijn of te worden verricht in Nederland.
Artikel 3
1. De stichting wil dit doel bereiken door:
- toekenning van de Hoogewerff Gouden Medaille aan een gerenommeerde persoon die zich op uitzonderlijke wijze heeft onderscheiden op het gebied van de chemische technologie. Deze onderscheiding dient als belangrijke waardering voor het gehele levenswerk van de betrokkene.
- toekenning van de Hoogewerff Jongerenprijs aan een veelbelovende kandidaat jonger dan veertig jaar, die een opvallende prestatie heeft geleverd op het gebied van de chemische technologie. Deze onderscheiding dient als belangrijke erkenning van de kwaliteiten van de betrokkene en als stimulans voor de verdere carrière.
- toekenning van de Hoogewerff Stimuleringsprijs aan een persoon, groep van personen, organisatie, instituut of bedrijf welke zich op uitzonderlijke wijze heeft onderscheiden in het realiseren van nieuwe bedrijvigheid en/of industriële innovatie. Deze onderscheiding dient als belangrijke stimulans voor verdere initiatieven op dit gebied.
2. De richtlijnen en procedures voor de toekenning van de in lid 1 genoemde medaille en prijzen worden in afzonderlijke regelingen vastgelegd.
3. Het Bestuur kan besluiten tot het financieel steunen of belonen van activiteiten die door derden worden ontplooid en die naar het oordeel van het Bestuur bijdragen aan het doel van de stichting, zoals activiteiten georganiseerd door studentenverenigingen en/of de instelling van deeltijdleerstoelen door universiteiten. De richtlijnen en procedures voor deze financiële steun of beloning worden in afzonderlijke regelingen vastgelegd.
VERMOGEN
Artikel 4
Het vermogen van de stichting wordt gevormd door:
- het bij de oprichting van de stichting afgezonderde vermogen;
- de inkomsten uit het vermogen van de stichting;
- hetgeen de stichting door schenking, erfstelling of legaat verkrijgt;
- alle andere baten.
BESTUUR
Artikel 5
1. Het Bestuur bestaat uit ten minste zeven leden. Het aantal bestuursleden wordt – met inachtneming van het in de vorige zin bepaalde – door het Bestuur met algemene stemmen vastgesteld.
2. Het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (hierna te noemen: KNAW) en het bestuur van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs ( hierna te noemen: KIVI NIRIA) benoemen ieder één bestuurslid.
3. In het geval van een vacature in het Bestuur zal in de eerstvolgende vergadering daarin worden voorzien door benoeming te doen door de overgebleven leden van het Bestuur met dien verstande dat in de vacature voor bestuursleden benoemd door het bestuur van de KNAW of door het bestuur van het KIVI NIRIA door deze organisaties zal worden voorzien.
4. Het Bestuur dient een representatieve verdeling van bestuursleden na te streven uit deelgebieden binnen de chemische technologie in brede zin van het woord, alsmede een representatieve vertegenwoordiging van industriële ondernemingen, instituten, universiteiten, overheidsorganen en andere organisaties.
Artikel 6
1. De zittingstermijn van bestuursleden is vijf jaar. De zittingstermijn kan na afloop telkenmale worden verlengd met een periode van vijf jaar. De herbenoeming van bestuursleden gebeurt door de overige leden van het Bestuur onder de voorwaarde dat er naar het oordeel van het Bestuur recht gedaan wordt aan de uitvoering van artikel 5 lid 4 en onverminderd het bepaalde van artikel 5 leden 2 en 3.
2. Het bestuurslidmaatschap van een bestuurslid eindigt:
-
- door zijn overlijden;
- wanneer hij het vrije beheer over zijn vermogen verliest;
- door schriftelijke ontslagneming (bedanken) door middel van een aan de stichting gerichte aangetekende brief;
- door ontslag door het bestuur van de KNAW en/of het bestuur van het KIVI NIRIA die op dat moment tot benoeming van een opvolger bevoegd zou(den) zijn;
- voor wat betreft de bestuursleden die door het Bestuur zijn benoemd – door ontslag door het Bestuur;
- door ontslag op grond van artikel 2:298 Burgerlijk Wetboek.
3. Bij het ontstaan van een (of meer) vacature(s) in het bestuur, zullen de overblijvende bestuursleden (of zal het enig overblijvende bestuurslid) binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature(s) daarin voorzien door benoeming van een (of meer) opvolger(s). Indien het een vacature betreft voor een bestuurslid te benoemen door het bestuur van de KNAW respectievelijk het bestuur van het KIVI NIRIA, zal het Bestuur het bestuur van de KNAW respectievelijk het bestuur van het KIVI NIRIA terstond na het ontstaan van de betreffende vacature daarover schriftelijk informeren en zal het bestuur van de KNAW respectievelijk het bestuur van het KIVI NIRIA binnen twee maanden na ontvangst van zodanig bericht in de betreffende vacature voorzien door de benoeming van een opvolger.
4. In geval van een (of meer) vacature(s) in het bestuur, vormen de overblijvende bestuursleden, of vormt het overblijvende bestuurslid, een bevoegd bestuur.
Artikel 7
1. Het Bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter en is bevoegd deze uit zijn functie te ontslaan met meerderheid van stemmen. De zittingstermijn van de voorzitter is twee jaar en kan door het Bestuur na afloop telkenmale worden verlengd met een periode van twee jaar.
2. Het Bestuur kiest uit zijn midden een vice-voorzitter en is bevoegd deze uit zijn functie te ontslaan met meerderheid van stemmen. De zittingstermijn van de vice-voorzitter is twee jaar en kan door het Bestuur na afloop telkenmale worden verlengd met een periode van twee jaar.
3. Het Bestuur voorziet in een verdeling van de bestuurstaken over de bestuursleden.
4. Het Bestuur kiest voor iedere toekenning van de medaille en de prijzen, zoals genoemd in artikel 3, uit zijn midden een bestuurder, en is bevoegd deze uit deze functie te ontslaan. De bestuurder draagt zorg voor handhaving van de richtlijnen en uitvoering van de procedures bij de betreffende medaille- dan wel prijstoekenning.
Artikel 8
1. Het Bestuur vergadert zo vaak de voorzitter of ten minste twee leden dit wensen, doch minimaal eenmaal per jaar.
2. De bijeenroeping van het Bestuur gebeurt door de in artikel 11 lid 1 nader te noemen secretaris-penningmeester, of door de volgens artikel 11 lid 3 aan hem toegevoegde administrateur, ter plaatse en op het uur door de voorzitter te bepalen.
3. De termijn van oproeping bedraagt ten minste acht dagen, de dag waarop de oproeping wordt gedaan en de dag van de vergadering niet meegerekend.
4. De oproepingen gebeuren in ieder geval per e-mail aan de e-mailadressen die door de Bestuursleden aan de administrateur zijn opgegeven. In voorkomende gevallen kunnen de oproepingen plaatsvinden per gewone post.
5. Geldige besluiten kunnen slechts genomen worden indien de meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is.
6. Wanneer een vergadering voltallig is, kunnen alle besluiten worden genomen zonder dat de termijn, de wijze van oproeping en de voorgeschreven plaats in acht zijn genomen.
7. Een bestuurslid kan zich ter vergadering door een medebestuurslid laten vertegenwoordigen. Die vertegenwoordiging dient te geschieden krachtens een schriftelijke volmacht. Een bestuurslid kan daarbij slechts voor één medebestuurslid als gevolmachtigde optreden.
8. Besluiten worden genomen met meerderheid van stemmen, tenzij de statuten anders bepalen. Staken de stemmen, dan wordt het volledige Bestuur geraadpleegd.
9. Besluiten betreffende benoemingen van personen worden genomen met meerderheid van stemmen. Heeft bij de eerste stemming niemand de meerderheid verkregen, dan heeft herstemming plaats tussen de twee personen, die de meeste stemmen hebben verkregen. Staken in deze volgende stemming de stemmen opnieuw, dan wordt het volledige Bestuur geraadpleegd.
10. Bestuursbesluiten kunnen ook langs schriftelijke weg tot stand komen. Onder schriftelijk wordt voor de toepassing van deze statuten verstaan: een bericht dat is overgebracht bij brief, telefax, e-mail of enig ander elektronisch communicatiemiddel, mits het leesbaar en reproduceerbaar is.
BESTUURSBEVOEGDHEID.
Artikel 9
1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de stichting.
2. Het Bestuur is niet bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen.
3. Het Bestuur is niet bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.
VERTEGENWOORDIGING
Artikel 10
1. Het Bestuur vertegenwoordigt de stichting, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
2. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging komt mede toe aan de voorzitter.
BEHEER
Artikel 11
1. Het Bestuur kiest uit zijn midden een secretaris-penningmeester en is bevoegd deze uit zijn functie te ontslaan met meerderheid van stemmen. De zittingstermijn van de secretaris-penningmeester is vijf jaar en kan door het Bestuur na afloop telkenmale worden verlengd met een periode van vijf jaar.
2. Het Bestuur kan aan de secretaris-penningmeester richtlijnen voorschrijven en hem een vergoeding voor zijn werkzaamheden toekennen.
3. Aan de secretaris-penningmeester kan een administrateur worden toegevoegd, die een deel van zijn werkzaamheden overneemt en daarvoor een vergoeding ontvangt.
4. Aan de secretaris-penningmeester worden vergoed de door hem in het belang van de stichting gemaakte kosten.
Artikel 12
1. Het vermogen van de stichting zal beheerd worden door een erkende Vermogensbeheerinstelling, ingeschreven als kredietinstelling in het register van de Nederlandse Bank N.V., als bedoeld in de Wet toezicht krediet wezen 1992. Dit beheer zal vastgelegd zijn in een Beheersovereenkomst.
2. Alle betalingen worden door of in opdracht van de secretaris-penningmeester uitgevoerd en gecontroleerd.
3. De inkomsten uit het vermogen of delen van het vermogen van de stichting zullen worden aangewend tot het realiseren van het in artikel 2 genoemde doel.
4. De omvang van het vermogen dient zodanig te zijn dat aan alle lopende en te voorziene verplichtingen van de stichting kan worden voldaan.
Artikel 13
1. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Aan het einde van elk jaar wordt door de secretaris-penningmeester een rekening en verantwoording opgemaakt, welke in de eerstvolgende vergadering van het Bestuur in het volgende jaar wordt behandeld.
3. De secretaris-penningmeester overlegt daarbij een verklaring van de Vermogensbeheerinstelling zoals bedoeld in artikel 12 lid 1 die het vermogen van de stichting in open bewaargeving onder zich heeft, houdende een specifieke opgave van dit vermogen.
Artikel 14
De wijze van belegging en beheer van het vermogen van de stichting wordt, met inachtneming van het bovenstaande, geheel aan de goede zorgen van het Bestuur overgelaten. Het bestuur zal zich hierbij laten adviseren door de Vermogensbeheerinstelling, zoals bedoeld in artikel 12 lid 1.
Artikel 15
Alle kosten van beheer, salarissen, benodigdheden, en alle andere kosten komen ten laste van de stichting.
Artikel 16
Aan de goede inzichten van het Bestuur wordt voorts overgelaten al zodanige besluiten te nemen en regels vast te stellen, welke het voor de verwezenlijking van het doel van de stichting, zoveel mogelijk in de geest van de stichter, zal geraden oordelen.
STATUTENWIJZIGING
Artikel 17
1. Het bestuur is bevoegd de statuten te wijzigen.
2. Een besluit van het bestuur tot statutenwijziging behoeft een meerderheid van twee derde van de stemmen, uitgebracht in een voltallige vergadering. Is een vergadering, waarin een voorstel tot statutenwijziging aan de orde is, niet voltallig, dan wordt een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden niet eerder dan twee en niet later dan vier weken na de eerste vergadering. In deze tweede vergadering kan ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde bestuursleden rechtsgeldig omtrent het voorstel, zoals dit in de eerste vergadering aan de orde was, worden besloten mits met een meerderheid van twee derde van de uitgebrachte stemmen.
3. Bij de oproeping tot de vergadering waarin een statutenwijziging zal worden voorgesteld, dient een afschrift van het voorstel, bevattende de woordelijke tekst van de voorgestelde wijziging, te worden gevoegd.
4. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. Ieder bestuurslid afzonderlijk is bevoegd de desbetreffende akte te verlijden.
ONTBINDING
Artikel 18
1. Het Bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden. Het bepaalde in artikel 17 lid 2 is van overeenkomstige toepassing.
2. De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is.
3. De vereffening geschiedt door de bestuurder(s).
4. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten voor zover mogelijk van kracht.
5. Hetgeen na voldoening van de schuldeisers van het vermogen van de ontbonden stichting resteert, wordt door de vereffenaar(s) overgedragen aan een lichaam met een gelijk of soortgelijk doel.
6. Na afloop van de vereffening blijven de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de ontbonden stichting gedurende de wettelijke termijn berusten onder de door de vereffenaar(s) aan te wijzen perso(o)n(en).
7. Op de vereffening zijn voorts de bepalingen van Titel 1, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing.
REGLEMENT
Artikel 19
1. Het Bestuur is bevoegd een reglement vast te stellen, waarin die onderwerpen worden geregeld, die naar het oordeel van het Bestuur (nadere) regeling behoeven.
2. Het reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn.
3. Het Bestuur is te allen tijde bevoegd het reglement te wijzigen of op te heffen.
4. Op de vaststelling, wijziging en opheffing van het reglement is het bepaalde in artikel 17 lid 2 van toepassing.
SLOTBEPALING
Artikel 20
In alle gevallen waarin zowel de wet als de statuten niet voorzien, beslist het bestuur.